Met e-mail van 16 september 2025, vraagt de heer Moad El Boudaati, gemeenteraadslid, om volgende mondelinge vraag op de agenda te plaatsen:
Al geruime tijd bereiken ons signalen dat het onderhoud op onze begraafplaatsen te wensen overlaat. Bezoekers stuiten op overgroeide paden, hardnekkig onkruid rond graven en plekken waar infrastructuur zichtbaar achteruitgaat. Dit weegt op nabestaanden die een rustige en waardige omgeving verwachten, en het schaadt ook het beeld van onze stad. In de pers verklaarde schepen van stads- en wijkonderhoud Jeroen Bergers dat hij een erfenis heeft overgenomen van de vorige schepen van stads- en wijkonderhoud, Katrien Vaes, en dat zaken niet op orde stonden. Dat is een opmerkelijke uitspraak binnen een bestuur dat vandaag samen verantwoordelijkheid draagt. Wat inwoners vooral verwachten, is dat er snel en zichtbaar vooruitgang komt op het terrein.
Kan het college aangeven wat de actuele staat van onderhoud is op al onze begraafplaatsen en welke problemen u als eerste wil aanpakken? Welke concrete ingrepen voorziet de schepen van stads- en wijkonderhoud op korte termijn, en tegen welke datum mogen bezoekers het verschil merken op het vlak van netheid, onkruidbestrijding, paden, beplanting en meubilair? Is er per site een actieplan met duidelijke timing, kwaliteitsnormen en verantwoordelijken, en kan dat publiek worden gemaakt zodat inwoners weten wat wanneer gebeurt?
Hoeveel personeel en materieel zet u in voor het reguliere onderhoud en om eventuele achterstand weg te werken, en welk budget wordt hiervoor gereserveerd in 2025 en 2026? Hoe garandeert u de toegankelijkheid voor minder mobiele bezoekers en hoe pakt u het beheer van historisch funerair erfgoed en beschadigde graftekens aan, inclusief veiligheid en herstellingen? Op welke manier registreert en behandelt de stad meldingen en klachten van burgers en binnen welke termijn worden die effectief opgelost?
Tot slot: welke afspraken maakt het college om dit dossier collegiaal en resultaatgericht aan te pakken, zodat verantwoordelijkheid niet wordt doorgeschoven maar wordt omgezet in meetbare verbetering op de begraafplaatsen?
Er wordt kennisgenomen van de mondelinge vraag van de heer Moad El Boudaati, gemeenteraadslid, en van het antwoord van het bevoegd lid van het college van burgemeester en schepenen