Op 7 januari 2019 had de installatievergadering van de gemeenteraad en de eerste vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn plaats.
De raad voor maatschappelijk welzijn dient bij de aanvang van de zittingsperiode een deontologische code vast te stellen. Daarin worden bepalingen opgenomen over:
Bij besluit van 28 januari 2019 keurde de raad voor maatschappelijk welzijn de deontologische code goed.
Door het decreet van 3 februari 2023 tot wijziging van het decreet lokaal bestuur wordt de oprichting van een deontologische commissie verplicht. De deontologische code dient de samenstelling, de werking en de bevoegdheid te regelen. Deze commissie dient van elke fractie een vertegenwoordiger te hebben.
Momenteel is in toepassing van artikel 35 van het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad, de gemeenteraadscommissie algemene zaken en financiën bevoegd voor de deontologie van de raadsleden. Deze bepaling vervalt.
In het gewijzigd voorstel van de deontologische code wordt nu de oprichting van een deontologische commissie voorzien. De belangrijkste bepalingen zijn de volgende:
Voor het overige wijzigt er inhoudelijk niets aan de deontologische code.
De deontologische code van de raad voor maatschappelijk welzijn wordt goedgekeurd.
De code maakt integraal deel uit van dit besluit.
Het besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 28 januari 2019 houdende de goedkeuring van de deontologische code wordt opgeheven.