De procedure inzake ongeschikt- en onbewaarverklaring schrijft voor dat een besluit van de burgemeester ter zake pas genomen kan worden na een controle door en advies van de Vlaamse woningcontroleur, of indien na het doorlopen van een bepaalde termijn een advies ontbreekt. In specifieke dossiers zou het echter opportuun zijn om te kunnen voorbijgaan aan die Vlaamse adviesvereiste. Die mogelijkheid bestaat.
Tijdens de zitting van 5 oktober 2020 besliste het college van burgemeester en schepenen de gesprekken met Wonen Vlaanderen rond de vrijstelling adviesverplichting in het kader van de administratieve procedure woonkwaliteit op te starten. Uit die gesprekken blijkt dat een formeel verzoek tot vrijstelling ingediend moet worden bij de bevoegde minister, Matthias Diependaele, Vlaams minister van Financiën en Begroting, Wonen en Onroerend Erfgoed.
Dat verzoek dient een aanvraagdossier te omvatten waarin de lokale overheid meer informatie geeft over de twee voorwaarden om vrijgesteld te worden, enerzijds met betrekking tot het aantal voldoende ervaren woningcontroleurs die ter beschikking zijn en anderzijds over het proactieve woningkwaliteitsbeleid.
1. Voldoende ervaren woningcontroleurs
Tot voor de wijziging van het organogram in 2020, bestond de toenmalige dienst Huisvesting uit twee medewerkers (1,8 VTE), waarvan één woningcontroleur, die echter daarnaast nog andere taken op zich diende te nemen. We konden toen in de praktijk slechts spreken van maximaal 0,5 VTE aan woningcontroleurs.
In het nieuwe organogram zijn er bij de dienst Wonen en Ondernemen twee nieuwe medewerkers voorzien, waarvan een fulltime deskundige woningkwaliteit (1 VTE). De nieuwe medewerker is op 19 april 2021 gestart en is volop bezig zich in te werken. Belangrijk om te weten is dat de expertise die reeds aanwezig is inzake woningkwaliteit de stad niet verlaat. Die betrokken medewerker (expert wonen en ondernemen) heeft andere taken en zal zich in eerste instantie niet meer bezig houden met dossiers inzake woningkwaliteit, maar er kan wel steeds, indien nodig, van zijn expertise gebruik worden gemaakt.
Wat continuïteit betreft, kan bij onvoorziene langdurige afwezigheid van de woningcontroleur, beroep gedaan worden op de expert wonen en ondernemen, die de dringende dossiers ter harte kan nemen; en kan via bijvoorbeeld 3Wplus een tijdelijk contract worden aangegaan om de afwezigheid op te vangen. Zowel de expert wonen en ondernemen (intern) als 3Wplus (extern) beschikken over de nodige expertise om de dossiers inzake woningkwaliteit te behandelen.
2. Proactief woonkwaliteitsbeleid
De stad dient een proactief woonkwaliteitsbeleid aan te tonen om in aanmerking te komen voor een vrijstelling adviesverplichting. Dit vertaalt zich in onder meer volgende acties:
De vrijstellingsaanvraag dient het aantal procedures tot ongeschikt- en onbewoonbaarverklaring van de voorbije twee werkjaren mee te delen; en aan te geven bij welke procedures (de aard en het aandeel) de gemeente geen vrijstelling wenst en nog steeds advies wenst te bekomen van Wonen-Vlaanderen.
Wat dat laatste betreft, is het opzet om de overgrote meerderheid van de administratieve procedures (klachten van huurders), en ook bij dossiers die opgenomen worden door Wooninspectie, de normale gang van zaken te behouden. Namelijk een vooronderzoek door de gemeentelijke woningcontroleur, gevolgd door een officieel onderzoek door de Vlaamse inspecteur, wat leidt tot een advies aan de burgemeester inzake ongeschikt- en/of onbewoonbaarheid van de woonentiteit.
De vrijstellingsaanvraag heeft dan concreet betrekking op volgende dossiers:
De vrijstelling van adviesverplichting zou weinig of geen meerwerk voor de diensten betekenen ten opzichte van een bestaand dossier, aangezien het officieel technisch verslag dat in de vrijgestelde procedures opgesteld moet worden, niet verschilt van de verslagen die de stad in het kader van het vooronderzoek moet opstellen. Enkel het advies aan de burgemeester dat door Wonen Vlaanderen wordt afgeleverd, dient dan intern te worden opgesteld. Dat advies vloeit echter automatisch voort uit de quotering van de vastgestelde inbreuken in het technisch verslag.
De vrijstelling heeft tot slot enkel betrekking op de adviesverplichting, niet op bijvoorbeeld het inventarisbeheer of de opvolging van de belastingen. Dat blijft integraal bij Wonen Vlaanderen.
De vrijstelling dient te worden geregeld middels een afsprakenkader met de Vlaamse overheid.
Er wordt een gemotiveerd verzoek ingediend bij de Vlaams minister bevoegd voor Wonen voor het verkrijgen van een vrijstelling van de verplichting om het advies van Wonen Vlaanderen te vragen voor elk besluit tot ongeschikt-, onbewoonbaar-, of overbewoondverklaring, en dit voor de volgende dossiertypes: